Vogelaar Ad Hamers heeft als doel 300 vogelsoorten in Nederland te spotten.

Onderaan de pagina staan de foto’s die Ad tijdens zijn tochten maakt. Als u op de foto klikt komt de naam van de vogel in beeld.

Vogelaar Ad Hamers

Spot in één jaar 336 verschillende vogels in NL

Lees hier hoe zijn Big Year is verlopen.

31-12-2021 Het jaar 2021 is bijna voorbij. Het was een heel mooi jaar om vogels te kijken. Er zijn ongelooflijk veel soorten vogels gezien, waarbij veel vogelaars nieuwe soorten aan hun levenslijst toe hebben kunnen voegen. Ik zelf heb 25 soorten kunnen toevoegen als ze allemaal goedgekeurd worden door het CDNA. Mijn levenslijst is daarmee op 395 soorten gekomen.

Mijn doel dit jaar was om tenminste 300 verschillende soorten te zien en in de top 20 van de vogelaars te komen met de meeste soorten. In januari ben ik heel fanatiek begonnen en aan het eind van januari stond ik zelfs bovenaan de lijst. Daarna ben ik langzaam gaan zakken op die lijst en uiteindelijk ben ik geland op plaats 11 met 336 soorten. De nummer 1 had er op 29 december al 361, maar ach. Mijn beide doelen voor 2021 zijn dus dik behaald!

Aan het eind van een jaar maak je ook meestal plannen voor het volgende jaar. Volgend jaar blijf ik wat dichter bij huis en ga proberen tenminste 240 verschillende soorten vogels te zien in Noord Brabant en bij de eerste 3 van de Noord Brabant topspotters te komen. Daarnaast ga ik proberen om mijn levenslijst boven de 400 soorten te krijgen.

18-12-2021 Mijn laatste soort van 2021 was de Purperkoet die ik op deze dag in Alblasserdam heb kunnen bewonderen, helaas enigszins verstopt in het riet en op een donkere dag.

11-11-2021 Mijn laatste nieuwe jaarsoort (de 335ste) was de Raddes Boszanger op 11 november. Deze zat op de Honds Bossche Zeewering. En op enkele 100-en meters daarvandaan zat nog steeds de Provençaalse Grasmus, die ook nog zat te zingen. De foto’s (zie onderaan de pagina) zijn wat korrelig want het was erg donker weer.

De maanden september en oktober zijn de maanden van de trekvogels die terug gaan naar hun overwinteringsgebieden. Dat zijn de Noord-Europese vogels maar als je geluk hebt ook soorten uit Amerika en soms zelfs een Oosterling. Soms heb je ook vogels uit zuidelijk gelegen broedgebieden die een rondje vliegen voor ze gaan overwinteren. Als dit allemaal bij elkaar komt kun je leuke vogelkijkdagen hebben. Eind september was mijn totaal al gekomen op 320 en mijn nieuwe doel was 325. Hoe anders is het gelopen. Oktober was voor mij een onvoorstelbare goede maand en dan heb ik zelfs nog niet alle mogelijke vogels gezien. De gebruikelijke samenvatting:

30-10-21 Maar de koek voor de maand was nog niet op. Op 29 oktober werd er een Provençaalse Grasmus gemeld op de Hondsbossche Zeewering in Noord-Holland. Daar naartoe op 30 oktober ondanks de regenachtige dag. Goed ingepakt tegen de wind en regen naar de plaats waar deze vogel gemeld was. Ook hier was een groepje vogelaars die naar de struiken stonden te kijken waar de vogel het laatst gezien was. Na een tijdje wat zien bewegen en voor sommige vogelaars was dat voldoende om deze te tellen. Voor mij is het eigenlijk pas voldoende als ik deze gehoord heb of een (slechte) foto heb – horen ging mij niet lukken door de harde wind en met donker – regenachtig weer zou het geen top foto worden. Een tijdje gewacht, deels schuilend achter mijn paraplu liet de vogel zich nog aardig bekijken en een plaatje maken. Wat mij bijzonder opviel is dat deze vogel een relatief lange staart heeft.

26-10-21 En de zeldzame soorten regen zich aaneen. Er zat al enkele dagen een Oostelijke Vale Spotvogel in Nieuwvliet-Bad. Dus de 26e November wilde ik daar naar toe gaan. Maar op de 25e was er eind van de middag een Grijze Wouw gemeld op de Maashorst die waarschijnlijk in de buurt was gaan slapen. Dus de planning aangepast en de 26e vroeg naar de Maashorst. Kleine roofvogels zoals Wouw en Kiekendieven gaan ’s morgens vroeg al jagen/vliegen, in tegenstelling tot Arenden en Gieren die op thermiek wachten. Voor zonsopgang ter plaatse met een lokale vogelaar. In de ochtendschemering en mist zag hij de vogel al jagen. Deze ging in een boom zitten waar ik een foto kon maken. Toen alsnog naar in Nieuwvliet-Bad waar ik rond de middag aankwam. Ook hier was de vogel weer gemeld en naar de betreffende plaats toe. Hier aangekomen waren er enkele vogelaars die de vogel regelmatig in beeld hadden en dat was een gelukje. De vogel zat op een vakantiepark en verplaatste zich regelmatig. Alleen zoeken kan dan heel lang duren. Ook deze vogel wilde op de foto. En dat waren 4 nieuwe jaarsoorten in 2 dagen, waarvan 2 helemaal nieuw voor mij.

25-10-21 Een week later wordt er een Renvogel gemeld bij Bergen in de Duinen. Deze vogel was sinds 1986 niet meer in Nederland gezien. Vroeg uit de veren en op weg naar Noord-Holland in de hoop dat de vogel weer gemeld zou worden. In de lange file kwam de melding door en dan begint de “stress” – blijft de vogel lang genoeg ter plaatse ? Rond 09:30h eindelijk in Bergen aangekomen en een klein half uurtje lopen met scoop en camera. De vogel had al een keer een rondvlucht gemaakt, maar was gelukkig teruggekeerd. Toen ik ter plaatse kwam zat de vogel stil, maar na een tiental minuten begon hij te doen wat zijn naam zegt: rennen. Hiervan heb ik foto’s en een filmpje kunnen maken. Op de weg terug naar de auto kwam de melding dat de vogel opgevlogen was – helaas voor de vele vogelaars die ik nog tegenkwam en die waarschijnlijk op de melding gewacht hadden. Voor het geval dat de vogel niet gemeld zou worden had ik als alternatief een bezoek aan de Zuidpier van IJmuiden gepland, wat ik alsnog heb gedaan. Hier kun je vaak zeevogels zien. De wind was echter niet zo gunstig. Op de pier vertelde een paar jongens mij dat ze een Kleine Alk hadden gezien aan het begin van de pier. Teruggelopen, maar niet te vinden in het water. Plots vloog deze over en landde achter het vuurtorentje aan het begin van de pier en zocht daar dekking – niet helemaal normaal gedrag voor zo’n vogel. Wel een goede kans om een plaatje te schieten. Daarna de pier weer opgelopen waar o.a. een Roodkeelduiker ruiend naar winterkleed zich aardig liet bekijken.

18-10-21 al vroeg naar Texel in de hoop beide vogels te zien. Om 9 uur op Texel aangekomen en meteen naar de Woestijnplevier want die was gezien nabij vanaf de dijk in het noorden van Texel. Daar aangekomen was het maar 15 m lopen en daar zat de vogel lekker dichtbij – op de foto zit deze voor een Drieteenstrandloper. Daarna naar de Daurische Klauwier met een andere vogelaar en ook die liet zich vrij vlot zien. Een Daurische Klauwier is familie van de Klapekster, die veel vaker te zien is gedurende het winter halfjaar. Om 10:15 had ik deze 2 soorten al weer binnen, waarvan weer 1 helemaal nieuw. Wat doe je de rest van de dag – op Texel blijven of een nieuwe poging voor de Amerikaanse Zee-eend op Schier ? Ik besloot dat laatste te doen. Ik was om 15:30 op Schier en samen met een andere vogelaar met de taxi naar het strand, waar de vogel gezien werd en dat lukte inderdaad ook weer snel. Ondertussen werd er op Schier een Stejneggers Roodborsttapuit gemeld. Ook daar zijn we snel naartoe gegaan. We hebben de vogel gezien, maar nog niet geteld, omdat deze alleen op basis van DNA onderzoek goedgekeurd kan worden. Er is DNA (poepjes) verzameld, maar of deze van de vogel zijn is nog niet bekend.

09-10-21 was er een Amerikaanse Zee-eend gemeld op zee boven Schiermonnikoog. Dit is een soort die nog bijna niemand in Nederland gezien had en er maar 3 eerdere meldingen waren van vogels die binnen enkele dagen dood waren. Op 12 Oktober heb ik mijn eerste poging gewaagd, maar dat was geen succes. Wel een mooie Sneeuwgors, een groepje Strandleeuwerikken en een Vorkstaartmeeuw op grote afstand.

De lijst van gemelde zeldzame soorten ging maar door. Een Blauwstaart en Pallas Boszanger bij Ouddorp, waar ik helaas niet naar toe kon. Verder een Woestijnplevier en een Daurische Klauwier op Texel, alles binnen een paar dagen.

08-10-21 werd er wederom op de Maasvlakte een bijzondere vogel gemeld – een Swinhoes Boszanger. Maar dat was een vrijdag en dan hebben we de kleinkinderen. Dus zaterdagmorgen vroeg op pad en het lukte heel eenvoudig. Zoek de groep vogelaars die er al waren en de vogel liet zich meteen goed bekijken en fotograferen. De Aziatische Roodborsttapuit was er ook nog en er werden ook nog 2 Bladkoningen gemeld in een groepje struiken kortbij – alles te doen vanaf dezelfde parkeerplek – wat een luxe. Deze 3 soorten gingen allemaal zo vlug dat ik besloot daarna alsnog naar Utrecht te gaan voor de Steppenkiekendief. Heel de middag gepost daar, maar helaas de vogel was in de ochtend vertrokken. Het was toch een goede dag met 2 nieuwe soorten voor het jaar, waarvan 1 helemaal nieuw voor mij. Pas 9 dagen in de maand en al 5 nieuwe jaarsoorten – dus mijn aangepaste doel van 325 had ik al bereikt.

06-10-21 De harde wind hield meerdere dagen aan, dus op 6 oktober naar de Maasvlakte in de hoop een nieuwe zeevogel soort te zien voor dit jaar. Bijna een hele dag aan de kust gezeten en dan toch eindelijke een Middelste Jager gezien, die redelijk kort bij naar het zuiden vloog. Jagers lijken enigszins op elkaar, maar de Middelste Jager is onder andere te herkennen aan de brede uitstulping aan de staartpennen, die je op de foto goed kunt zien.

04-10-2021 was er een Alpengierzwaluw gemeld in Moerdijk waar ik achteraf gezien heen had moeten gaan. Op 7 Oktober gebeurde dat weer, maar nu in de Biesbosch. Snel er naartoe, maar toen ik daar aankwam was de vogel al weer weg. Er waren echter meldingen van een Raddes Boszanger in Gelderland en een Aziatische Roodborsttapuit op de Maasvlakte. Welke keuze maak je dan – ik koos de Maasvlakte, wat achteraf gezien de verkeerde keuze was. Ik heb de Aziatische Roosborsttapuit heel mooi gezien, maar die bleek meerdere dagen aanwezig te blijven, terwijl de Raddes Boszanger er maar 1 dag was. Na de Raddes Boszanger had ik namelijk ook nog de Steppenkiekendief kunnen doen. Maar ja, achteraf is makkelijk praten. De Aziatische Roodborsttapuit was ook mooi.

03-10-2021 was mijn tweede vaartocht van dit jaar vanuit Lauwersoog. Er was gedurende de nacht een harde zuidenwind geweest en gedurende de dag was er weinig wind. We hebben dan ook nauwelijks bijzondere zeevogels gezien. Wel de gebruikelijke Zeekoeten, Alken, Jan van Genten en veel Meeuwen die op het uitgestrooide visafval af kwamen. Dan is het ook een beetje frustrerend als in de buurt van je woonplaats een Schreeuwarend ter plaatse wordt gemeld, n.l. in Waspik – een vogel die ik nog nooit eerder gezien had. Gelukkig was het daar slecht weer – wind en regenachtig, dus goede hoop dat deze ter plaatse zou overnachten – roofvogels trekken namelijk alleen overdag. Het overnachten gebeurde ook en de slaapplaats was bekend. Dus de volgende morgen bij het opkomen van de zon in Waspik aanwezig proberen te zijn. Na een lang durende file is dat gelukt. De vogel had zich nog niet laten zien. Na ongeveer 3 kwartier vloog deze op en kon ik wat slechte foto’s maken met veel tegenlicht. De vogel bleek vrij snel weer naar de grond te zijn gegaan en dan wordt er gezocht en rijden naar de nieuwe plek. Daar aangekomen vloog deze weer snel op en landde weer snel. Samen met enkele vogelaars naar een plek gegaan waar hij mogelijk over zou vliegen wanneer het warmer zou worden. We hoopten daar op betere foto’s. Dat lukte uiteindelijk ook, nadat ik eerst toch kort naar de plek was gegaan waar de vogel zichtbaar was aan de grond. Hiervan heb ik een filmpje gemaakt.

Het vogeltrekseizoen is goed begonnen. Er worden veel soorten vogels gezien en sommige zijn zo vriendelijke om meerdere dagen te blijven om op te vetten. Voor de mensen die proberen echt zo veel mogelijk vogels te zien en boven aan de toplijst soorten 2021 te komen betekent dit: ‘rijden zo gauw er een melding komt’, want als je wacht ben je mogelijk te laat omdat de vogel weer besloten heeft verder te vliegen. Voor zo’n top spot ben ik vaak te voorzichtig – toch even afwachten of de vogel opnieuw gemeld wordt of er zijn persoonlijke redenen waardoor je niet meteen kunt gaan – bijvoorbeeld omdat ik iets afgesproken heb met mijn vrouw. Desondanks lukt het me aardig om nog steeds in de top 10 te staan. Mijn origineel doel was bij de eerste 20, dus dat gaat zeker lukken.

Door deze waarnemingen in september is mijn jaartotaal vooralsnog uitgekomen op 320. Omdat oktober ook goed begonnen is heb ik mijn doel al bijgesteld tot 325, maar daarover later meer.

29-09-21 zou een dag worden met wat hardere Noord Westen wind. Dat is een teken om zeevogels te gaan kijken aan de kust – ik koos voor de Maasvlakte. Om daar een hele dag te zijn moet je je wel warm kleden, want stilzitten in een harde wind geeft toch veel afkoeling. Een regenpak over je normale kleding helpt veel. Er was een leuke zeevogeltrek. Gedurende de dag hebben we meer dan 60 Kleine Jagers voorbij zien komen. Het hoogtepunt van de dag voor mij waren de Vale Stormvogels (Vaaltjes genoemd door de tellers) – net zo groot als een kleine meeuw, fladderend boven en tussen de golven. Op grote afstand hebben we ook nog enkele Grauwe Pijlstormvogels gezien, maar helaas te ver voor een foto. Voor foto’s en andere zeevogels ga ik nog een of meerdere keren terug.

26-9-2021 September is een goede maand voor zeevogels. Op 26 September heb ik dan ook een boottocht gemaakt met Birdingholland vanuit Scheveningen. Die tochten worden een jaar van tevoren geprikt en dan is het afhankelijk van het weer, met name de wind en windrichting of je veel ziet. Dit was een mindere dag wat speciale zeevogels betreft. Wel wat speciale Meeuwen, Grote Jager en natuurlijk Jan-van-Genten gezien.

19-09-2021 Tijdens mijn trip naar Texel werd er een Sperwergrasmus gezien op de Maasvlakte. Dus zondagmorgen de 19e ernaartoe. Helaas was ik aan de late kant, want de vogel was ’s morgensvroeg goed gezien en er waren ook mooie foto’s van. Dan maar wachten en eindelijk heb ik, met andere vogelaars, de vogel kort gezien in een boompje, maar te kort voor een foto, wat ik erg jammer vind.

18-09-21 Op Texel was een Kleine Vliegenvanger gemeld op de 17e. Dat is een Vrijdag en dan mag ik altijd thuis blijven om de kleinkinderen mee (op) te vangen. Dus de 18e met de eerste boot naar Texel op zoek naar de vogel. Na 3 uur posten nog steeds niet gezien en ook andere vogelaars hadden geen succes. Toen werd er in het Noord-Hollands duinreservaat (Parnassia) een Kleine Vliegenvanger gezien. Toen maar besloten om die te gaan proberen. Dit is een groot gebied waar je met de fiets vrij snel ergens kunt zijn, maar ja die had ik niet bij me. Dus dan maar te voet. De vogel was nog aanwezig, maar was door fotografen al een stuk opgejaagd. Op enige afstand is het me toch gelukt een foto te maken.

10-09-2021 Ik was al 2 dagen naar de Maashorst geweest in de hoop een Ortolaan te scoren. Dat is hier vaak een vogeltje dat hoog overvliegt en enkele keren roept. Maar ja, gehoord is gescoord is dan het gezegde. Niet mijn meest bevredigende waarnemingen, maar toch. Helaas geen Ortolaan, wel een Duinpieper. Toen werd er op 10 September een Ortolaan ter plaatse gemeld in Ede bij de Planken Wambuis. In de vroege morgen van de 11e September ernaartoe erop hopend dat de vogel nog aanwezig was. Deze werd al vrij snel door een vogelaar gezien, maar in zijn haast om te proberen een foto te maken vloog deze weg zonder precies te weten waarnaartoe. Ik besloot met een andere vogelaar een andere kant van de akker af te zoeken en na enige tijd hebben we de vogel gevonden – druk bezig Giersten korrels te breken en op de eten. Ik heb hier een filmpje gemaakt (klik hier). Dit is ook de locatie waar de Steenarend onregelmatig gezien wordt, dus besloot ik wat langer te blijven. Geen Steenarend, maar later nog wel de Ortolaan mooi zittend in een boompje.

07-09-2021 werd er een Poelsnip gemeld bij Wageningen. Ik besloot die avond, nadat de vogel teruggevonden was, om meteen de volgende morgen te gaan. Ik was er niet als eerste en ik trof al vogelaars die weer gingen zonder dat ze de vogel gezien hadden. Ik besloot toch verder te gaan en binnen 15 minuten zag ik de vogel vliegen. Nog wat langer gebleven en toen vloog de vogel nog een keer voorbij, waarbij ik deze matige foto heb kunnen maken.

02-09-2021 wilde ik de Breedbekstrandloper (een zeldzaam soort steltloper) zien. Er waren er twee gemeld in Nederland – één in Flevoland en één in Noord-Holland. Eerst Flevoland geprobeerd want dat was de kortste afstand. Helaas die vogel kon ik niet vinden, deels door het tegenlicht en grote afstand van de vogels. Toen maar door naar Noord-Holland. Deze vogel zat op een deels ondergelopen akker. De bolbloemen boeren doen dit om de aaltjes die in de grond zitten te ‘verdrinken’ zodat ze in het volgend jaar de bloembollen niet aantasten. Deze watervlaktes trekken allerlei steltlopers aan en soms zit daar een zeldzame soort tussen. Er waren al andere vogelaars aanwezig die mij konden vertellen waar de vogel precies zat – te slapen helaas. Ik heb een filmpje (klik hier) gemaakt, waarin hij gelukkig even zijn kop uit de veren deed, waar ik ook de volgende foto uit heb gehaald. Hierop zie je duidelijk de knik in de snavel en de punt naar beneden.

Wat heb ik in de maand september allemaal toegevoegd aan mijn jaarlijst die eind augustus was gekomen op 313.

De zomer is voorbij en voor de broedvogels betekent dit dat ze weer gaan vertrekken naar het zuiden of doortrekken over Nederland. Dit gaat door tot begin december en voor sommige soorten kan het zijn dat ze pas in januari naar Nederland komen als het echt koud wordt. Sommige vogels vliegen niet verder dan echt nodig is, zoals bijvoorbeeld de Ooievaar die we steeds vaker in Nederland kunnen vinden gedurende de winter. De herfst is ook de periode waarin het aanbod zaden en vruchten in de natuur het grootst is en veel tuinvogels trekken dan ook de natuur in om te snoepen en te ruien. De vleugelveren worden verwisseld tijdens de rui, dus zoeken ze wat extra bescherming. Je ziet dan ook minder vogels in je tuin. Er blijven vogels achter in je tuin als je voer van hun gading aanbiedt en ze bescherming hebben in de vorm van een heg of voldoende struiken. Bij mij zijn de huismussen nog steeds aanwezig in de heg, druk keuvelend en snoepend van de aangeboden vetbollen en het strooivoer. Ook komen er af en toe kool- en pimpelmeesjes langs die nu door het land trekken.

 Deze periode van het jaar betekent voor mijn Big Year dat ik probeer om zoveel mogelijk doortrekkers te zien. Eind juli was ik uitgekomen op 306. Gedurende augustus heb ik meer vogels gezien dan verwacht (geëindigd op 313) en heb ik daarom mijn doel verhoogd naar 325, mede ook omdat september goed begonnen was.  

Welke vogels heb ik gezien in Augustus ?

 31-08-21 ben ik weer op de Maasvlakte geweest en heb wel een bewijsplaatje kunnen schieten van een Kleine Jager. Hierop is ook vaag de Stern te herkennen die opgejaagd wordt. Ver weg heb ik ook een Kleinste Jager mooi zien jagen, mijn 313de soort voor 2021. Ook deze hoop ik beter te zien op een boottocht.

 26-08-21 werd op Texel een Kleine Klapekster gemeld en al enkele dagen werd er ook een Bonaparte Strandloper gezien bij de Bol op Texel. Een leuke mogelijkheid om 2 soorten te zien op dit waddeneiland. ’s Morgens vroeg op want het kost je toch bijna 3 uur voordat je op de plaats van bestemming bent en meteen met de boot meekunt. Direct naar het veld waar de Kleine Klapekster was gezien de vorige dag. Helaas zat de vogel erg ver weg, dus maar een matig plaatje.

Daarna even naar Westerslag omdat de Bonaparte Strandloper nog niet was gemeld. Daar aangekomen melde mij een andere vogelaar dat ie ondertussen wel was gezien, dus daarnaartoe. Het waait altijd op Texel, maar deze dag was er echt een stevige wind. De vogels zoeken dan ook vaak beschutting als ze hun buikje vol hebben. Het duurde dan ook even voordat de vogel gezien werd, helaas lopend tussen de begroeiing. Wachten is dan de enige oplossing en hopen dat vogel dichterbij komt. Uiteindelijk gebeurde dat en kon ik dit plaatje (zie onderaan de pagina) maken. De vogel was op zijn knieën gaan zitten om minder wind te vangen. Dit heb ik niet vaak gezien. Bij ouder vogels wel want die doen dit om de jongen te beschermen.

 17-08-21 Rond deze datum werden er vogels gemeld die langs de kust naar het zuiden trekken, met name Jagers. Dit is een soortgroep van vier vogels die voedsel verzamelen door Sterns en Meeuwen zo op te jagen dat ze om het vege lijf te redden hun voedsel uitbraken. Met een volle maag kun jij waarschijnlijk ook niet lang hard rennen. Er zijn vier soorten Jagers – Grote, Middelste, Kleine en Kleinste. Op deze dag heb ik op de Maasvlakte de Grote Jager en Kleine Jager gezien, maar door de afstand helaas geen foto’s. Later dit najaar ga ik nog met boottochten de zee op en hoop dan plaatjes te kunnen schieten.

 07-08-21 Begin augustus is elk jaar de periode dat de Waterrietzanger door met name West-Nederland trekt. Hij lijkt veel op de normale Rietzanger, maar zijn kleed is veel lichter en heeft een duidelijke lichte kruinstreep. Op een foto is dat duidelijk te herkennen. Op deze dag was ’s morgens vroeg een exemplaar gemeld bij Arkeheem. Snel ernaartoe en ik had het geluk dat er andere vogelaars aanwezig waren, want het vinden van deze vogel in wat ter plaatse bleek een groot rietveld, is niet eenvoudig. Zeker voor iemand als ik met verminderd gehoor. De andere vogelaars hoorden de vogel en op een gegeven moment vloog deze een stukje en ging ongeveer 3 seconden mooi zichtbaar zitten. Dat is de tijd die je hebt om je fototoestel te pakken, aan te zetten en een foto te maken. En dat is toch best aardig gelukt vind ik zelf, niet superscherp maar de kenmerken zijn goed zichtbaar.

 05-08-21 Al 2 weken geen nieuwe soort gezien voor dit jaar. Sinds enkele dagen werd er een Gestreepte Strandloper gezien bij Marken. Een soort die ik al vier keer eerder niet had kunnen vinden bij Almere en het Lauwersmeer in grote onoverzichtelijke gebieden, vandaar de aarzeling om meteen te gaan. Maar op deze dag dan toch maar wel, omdat het bij Marken een kleine plas betrof, die goed overzichtelijk is. En dat bleek ook zo te zijn. Binnen 5 minuten na aankomst had ik de vogel in beeld, die rustig foeragerend lans de waterkant liep, zie foto.

 21-07-21 Na bijna een maand zonder nieuwe jaarsoorten werden er Lachsternen gemeld bij nieuwe Pekela. Een soort die ik nog nooit eerder in juli had gezien. Dus een ritje naar het noorden. De vogels zaten, zoals zo vaak, wat verder weg, maar vlogen af en toe over (zie foto’s) op een foerageer vlucht waarbij ze ook hun kenmerkende ‘lach’ laten horen.  Van tevoren was ik nog langs Diependal gereden waar een vogelhut is gebouwd midden tussen een viertal plasjes, die je via een onderaardse gang kunt bereiken. Hier was het paartje Wilde Zwanen nog steeds aanwezig, maar de jongen die ze uitgebroed hadden heb ik niet gevonden -deze hebben het dus waarschijnlijk niet overleefd – de natuur is soms hard. Ook heb ik weer een poging gewaagd voor de Gestreepte Strandloper en wederom weer niet gevonden – deze blijft dus op mijn wensenlijstje staan voor dit jaar.

Mijn nieuwe aantal is hiermee op 306 gekomen.

 28-06-2021 heb ik een rondje Noord-Nederland gedaan omdat er op de 27e een Steltstrandloper was gemeld bij Twisk in Noord-Holland, wederom een voor mij nieuwe soort en de 6e keer dat deze vogel in Nederland werd gezien. De vogel zat aan de westkant van de plas en ik had dus licht tegen wat een minder duidelijke foto en filmpje opleverde. Bij deze vogel is een discussie ontstaan of dat de poten wel lang genoeg zijn voor een zuivere Stelstrandloper. Ik vind ze ook wat kort. Afwachten dus of deze door CDNA geaccepteerd gaat worden.

Daarna naar het Lauwersmeer waar al enige tijd een Gestreepte Strandloper te zien was. Na enkele uren gezocht te hebben toch maar verder gegaan. Deze wordt waarschijnlijk nog ergens anders gezien dit jaar.

Vervolgens naar Ureterp waar al enige tijd een Roodmus gezien werd. Deze zat bij een vogelopvang in de buurt. De medewerkers van de vogelopvang waren hier vriendelijk en ik mocht op hun terrein rondkijken of ik de vogel kon zien of horen. Op een gegeven moment meldde een medewerker dat hij hem hoorde, waaruit blijkt dat zelfs met hoortoestellen mijn gehoor niet best is. Snel het geluid opgenomen en gezocht of ik de vogel te zien kon krijgen en jawel – hij liet zich mooi zien en horen.

 25-06-21 ben ik naar Enschede geweest. Hier was de dag ervoor een Dwergaalscholver gezien, een voor mij nieuwe soort. Dit is een kleine formaat aalscholver die ook wat anders gekleurd is – zie foto en filmpje. Daar aangekomen was het heel makkelijk omdat andere vogelaars de vogel al in beeld hadden, zij het op grote afstand. Nadat deze een tijdje op een tak had gezeten besloot deze een rondje te vliegen om daarna uit zicht te verdwijnen.

24-06-21 was er ook een Slangenarend gemeld bij het Beuven op de Strabrechtse Heide. Dit was een soort die ik op de planning had voor juli ergens bij het Fochtelooerveen, maar korter bij huis is altijd leuk. Deze vogel was heel behulpzaam want toen ik naar het ven liep kwam hij mij tegemoet gevlogen en liet zich ook nog goed fotograferen.

20-06-2021 naar Breukelen voor de Monniksgier, waar al meerdere vogelaars ter plaatse waren. De vogel zat redelijk dichtbij zodat ik een foto en een filmpje kon maken (klik hier voor het filmpje). Dat dit een populaire vogel was onder de vogelaars blijkt wel uit het aantal meldingen op Waarneming.nl. Meer dan 400 meldingen in de ongeveer 24h dat de vogel gezien is (en daar zat dus ook 1 nacht in). Met de 2 Gieren is mijn jaartotaal gekomen op 301. Op de terugweg langs de Zouweboezem waar de Witvleugelsternen ondertussen jongen hebben. Ook zat er een Bosrietzanger uitbundig te zingen langs het pad.

 19-06-2021 in de morgen naar Arnhem waar een Graszanger veelvuldig aan het baltsvliegen was. Maar met zonlicht tegen is het dan moeilijk een acceptabele foto te maken. Daarna naar de Ooijpolder waar ook een Struikrietzanger gezien was. Deze liet zich wat beter zien en ook hier een ‘bewijsplaatje’ gemaakt. In de middag werd er weer een dwaalgast gemeld – nu op de grens Utrecht – Noord-Holland, een geringde Monniksgier. Omdat het onduidelijk was of het een uitgezette vogel was of niet, besloot ik deze even af te wachten en eventueel de volgende morgen te gaan. Het betrof een Monniksgier – de grootste vogel van Europa. Er was schijnbaar vrij snel duidelijk dat de vogel vorig jaar geboren is in Zuid-Frankrijk in het wild en toen is geringd, maar deze informatie hoorde ik zondagmorgen pas. Het is nog niet duidelijk of de vogel telbaar is, want daarvoor moet zijn stamboom verder onderzocht worden. Met de Monniksgieren is namelijk hetzelfde gebeurd als met de Korhoenders in Nederland. Er zijn vogels uitgezet om de lokale populatie te ondersteunen. En de vogel is alleen telbaar als er aantoonbaar ten minste een oorspronkelijke voorouder is. Dat onderzoek is iets wat onder leiding van de Commissie Dwaalgasten Nederlandse Avifauna (CDNA) gebeurt, die uiteindelijk ook de beslissing nemen of de vogel telbaar is – de 17e op mijn jaarlijst waarvoor dat geldt.

 15-06-2021 is de eerste dwaalgast gemeld rond 18:00h – een groepje Vale Gieren die boven Gorinchem langzaam richting het zuiden aan het cirkelen waren. De kunst is dan hun vluchtroute te kruisen en een glimp op te vangen. Dus de meldingen in de gaten houden en proberen met de auto zo’n punt te vinden. Dan blijkt dat er mensen zijn die richting Oost en West niet zo goed uit elkaar kunnen houden en je de verkeerde kant uit kunt gaan. Dan maar weer op de volgende melding af. Afijn uiteindelijk uitgekomen bij de Strijbeeksche Heide waar de vogels laag vliegend gezien waren en mogelijk een slaapplaats hadden gekozen. Samen met andere vogelaars in het gebied gaan zoeken en uiteindelijk een groepje van vogels rond 21:30h gevonden. Het helpt dat ze iets groter zijn dan Huismussen zoals een van de andere vogelaars opmerkte. Dat klopt ook – het is op 1 na de grootste vogel uit Europa. Het lukte me nog een redelijke foto te maken in de opkomende duisternis. Hier vlogen ook nog twee Houtsnippen over en op de terugweg naar de auto ook nog een Nachtzwaluw.

 14-06-2021 gefietst naar het Beleven bij Reusel waar een Grote Karekiet zou zitten. Voor deze vogel had ik nog geen ‘bewijs’ van foto of geluid. Bij aankomst zat ie uitbundig te zingen. De vogel was tot op enkele meters te benaderen maar behalve bij enkele snelle vluchten liet ie zich niet zien. Daarom heb ik alleen een geluidsfragment.

08-06-2021 de Struikrietzanger maar geprobeerd te spotten in Waddinxveen. Deze liet zich van dichtbij horen in het riet langs de A12. Als klein bruin vogeltje ter grootte van een Kleine Karekiet moet je dan toch flink zingen om boven het verkeerslawaai uit te komen. En dat lukte! Hij vloog ook kleine stukjes, maar liet zich aan mij onvoldoende zien voor een foto. Dit was voor mij de 299ste soort dit jaar en eigenlijk ook de laatste zomervogel die ik kan spotten voor de jaarlijst. Vanaf nu zijn het voornamelijk dwaalgasten en later in het jaar de zeevogels die ik aan de jaarlijst kan toevoegen.

07-06-2021 had ik een rondje Noord-Holland op de planning staan. Maar net voor vertrek werd er een Ralreiger in de Biesbosch gemeld. Dus die eerst maar even gedaan voor de Noord-Brabant-lijst. Daarna langs Zouweboezem waar een paartje Witvleugelsternen zit te broeden. Vervolgens naar de Putten bij Castricum waar een Dougalls Stern gezien was. Na een uurtje gewacht te hebben kwam deze weer vanaf zee om te rusten en te poetsen. Een Dougalls stern lijkt heel veel op een Visdief, maar een voornamelijk zwarte snavel, rode pootjes en een ander patroon op de vleugels. Op de bijgevoegde foto zijn deze drie kenmerken alle drie te zien. Daarna nog een poging gedaan voor een Struikrietzanger in de Waterleiding duinen, maar die liet zich niet zien of horen. Wel vloog er een Roze Spreeuw voorbij op de weg terug naar de auto.

06-06-2021 heel vroeg in de morgen de laatste BMP ronde van dit jaar. Na de BMP ronde naar een locatie waar een Buidelmees was gezien. Dit zijn vogels die een nest bouwen dat als een buidel aan een tak hangt. Een heel fraai kunstwerk. Deze buidel wordt door de man gebouwd. En hij bouwt er niet één, maar zelfs meerdere. Dan gaat hij om de beurt in een nest zitten roepen in de hoop dat er een vrouwtje komt kijken en het nest haar goedkeuring geeft. Op de foto (zie onder) zie je een roepende man in de opening van een nest. In de buurt van Haren werd laat in de middag een Roze Spreeuw gemeld, dus daar ben ik ook nog snel even naar toe gefietst.

 03-06-2021 weer naar het gebied ten Zuidoosten van Eindhoven – Soerendonks Goor en Leender Heide want daar was de Hop de dag ervoor gezien en gehoord. ‘s Morgens vroeg naar het gebied en luisteren of deze wilde zingen – Hop-Hop-Hop is zijn zang en die draagt vrij ver. Maar het bleef stil wat de Hop betreft – wel Boomleeuweriken etc. Na enkele uren gewacht te hebben een rondje gefietst richting de Leender Heide in de hoop onderweg het geluid op te pikken – niets. Wel een overvliegende en roepende Roerdomp en Kleine Plevier bij wat water op de heide. Rond de middag maar weer terug want er dreigde regen. Weer een tijd geluisterd en een rondje gewandeld – wel een Zwarte Mees die nestmateriaal aan het verzamelen was voor waarschijnlijk zijn 2e nestje dit jaar, maar geen Hop. Rond 14:30h gaf ik het op en reed richting huis, maar ik zag nog een ander poortje het gebied in. Toch nog even het gebied ingelopen en na ongeveer 30 m hoorde ik Hop-Hop-Hop – het zou toch niet waar zijn. Voorzichtig verder gelopen onder bomen vandaan en daar zat ie – boven in een dode boom – continue roepend – Hop-Hop-Hop. Een leuk plaatje (zie onderaan de pagina) en geluidsopname gemaakt.

 02-06-2021 eerst naar de Kampina waar een Wielewaal druk zat te zingen, maar hij liet zich niet zien. Na ruim 20 minuten gewacht te hebben wilde ik verder lopen en toen plots vloog de Wielewaal weg – het zijn  lange afstandsvluchters dus al ze gaan, gaan ze meerdere honderden meters ver weg om hun nestlocatie zeker niet te verraden. In zijn vlucht kom ik nog een beetje acceptabele foto maken, waarbij het gele lichaam en de zwarte vleugels goed zijn te herkennen. Verder gelopen bij de Smalbroeken vloog er ineens een roofvogel over me heen. Eerste idee was een Buizerd, omdat dat de meest voorkomende roofvogel is van die grootte. Maar het was mijn eerste Wespendief (man) van dit jaar. Deze wilde ook nog op de foto. In de avond weer naar de Loonse en Drunense Duinen met mijn grote camera in de hoop dat de Nachtzwaluwen weer wilde vliegen. En dat gebeurde ook. Omdat het al flink schemerde is het een wazige foto. Je kunt wel 2 dingen herkennen: de witte strepen op de vleugels en dat het best grote vogels zijn die wat weg hebben van een valk – daarom heten ze in het Engels ook Nighthawk. Ze jagen ’s nachts met name op nachtvlinders. Overdag zitten ze ergens verborgen op de grond of op takken in de bomen, maar zijn dan nauwelijks te onderscheiden vanwege hun schutkleuren.

 01-06-2021 ben ik ’s avonds weer eens naar de Loonse en Drunense Duinen geweest om naar de zang van de Nachtzwaluwen te luisteren en misschien er één of twee te zien vliegen. Dat gebeurde ook. Helaas alleen mijn kleine camera bij me en dan vliegen ze veel te snel om te kunnen focussen.

31-05-21 naar de Leense Heide omdat hier een Hop gehoord was de dag ervoor. Als alternatief gebied had ik de Plateaux. Ondanks een kleine 20 kilometer gewandeld te hebben waarbij ik wel een Kruisbek nest gezien heb en wat andere vogels helaas heen Hop. Het jaartotaal voor eind mei blijft dus op 295 staan. Nog een 2-tal soorten om de 300 te halen met de noodzakelijke marge voor vogels die niet goedgekeurd gaan worden en mogelijke aanpassingen van de Nederlandse lijst, waarbij er 5 (Rouwkwikstaart, Noordse Kwikstaart, Engelse Kwikstaart, Witbuikrotgans en Zwarte Rotgans) of mogelijke zelfs 7 soorten (Korhoen na een bepaald jaar vanwege de meerdere uitzettingen van buitenlandse vogels en de Casarca als extra) die ik al gezien heb gaan vervallen als officiële soort. Verder zijn er twijfels over de wilde status van de Steenarend, Jufferkraanvogel en Dwergooruil. Dus mijn nieuwe doel is 315. Met het bereiken van einde mei zijn de meeste broedvogels teruggekeerd in Nederland en is nu het wachten op de dwaalgasten en zeevogels die ik voor september tot november op de planning heb, maar dat zijn er waarschijnlijk maar een stuk of 6, maximaal 10 als ik veel geluk heb en enkele soorten zie, die ik nog nooit eerder heb gezien.

29-05-21 weer een Broedvogel telrondje in de Biesbosch – de Lange Plaat. Een gebiedje wat nieuw voor ons was. Het is bijna 50 minuten varen. Hier waren al vroeg enkele Boomvalken ruzie aan het maken terwijl in de verte een Wielewaal zat te zingen. Ook waren er enkele Koekoeken aanwezig op zoek naar een vogelnestje waar ze hun ei kunnen leggen. Op de terugweg werden we verrast door een Woudaap vrouwtje in het riet. Voor mij een nieuwe soort dit jaar. Voor mijn medeteller de allereerste keer dat ie deze vogel kon aanschouwen en fotograferen. In de avond naar de Lage Vuchtpolder bij Teteringen. Hier hoorde ik meerdere Kwartels zingen.

28-05-21 een fietsrondje langs Huis Ter Heide en Waterzuivering Tilburg waar ik zag dat de Grauwe Klauwier man ook weer op zijn vaste stek zat. Ook was de Grote Gele Kwikstaart weer te zien, wat waarschijnlijk betekent dat er een broedgeval daar in de buurt is.

27-05-21 Al wakker om 04:00h, maar helaas regen tot 09:15h, dus vrij laat voor vogels die graag in het donker zingen. De aanwezige Krekelzanger liet zich dan ook niet horen. Wel enkele Snorren en een Roerdomp. Na ongeveer 3 uur heb ik het opgegeven en ben naar Oost-Groningen gegaan in de hoop een Grauwe Kiekendief te spotten. Toen ik ook hier de moed begon op te geven zag ik een Grauwe Kiekendief mannetje jagen. Snel de auto gestopt en foto’s door de autoruit want hij kwam steeds dichterbij. Toen ik uit de auto stapte schrok hij en draaide snel weg. Een plaatje wat ik heb kunnen maken zie onderaan deze pagina.

25-05-21 had ik op basis van de weervoorspellingen besloten om naar Noord-Nederland te gaan om de volgende dag een vogel te beluisteren, een nachtje over te blijven en de volgende dag nog enkele andere vogels proberen te spotten. Maar ja, weersvoorspellingen komen zelden uit. Dus 26 mei ’s avonds waren er veel buien. Er was langs mijn route een Ralreiger gemeld die ik mogelijk tussen 2 buien door zou kunnen zien in de buurt van Hilversum. Dat is gelukt. Ik heb ook een kort filmpje gemaakt (klik hier voor het filmpje) waarin je kunt zien hoe voorzichtig deze beweegt, zoals veel reigerachtigen om eventuele prooi niet te verstoren. Daarna in de regen naar de bed-and-breakfast en hopen dat het de volgende morgen droog zou zijn.

25-05-21 was regen in de ochtend. In de loop van de dag werd een Dwergooruil gemeld in Delft waar wat twijfel over was. Nadat er een geluid beschikbaar kwam, kwam ik na grondige analyse en vergelijk met goedgekeurde geluiden erachter dat dit er echt één was. Nadeel, ze roepen/zingen alleen als het donker is. Dus ’s avonds naar Delft waar al ongeveer 100 vogelaars aanwezig waren. En jawel rond kwart over tien liet de vogel zich horen. Op een latere dag is er een foto gemaakt waarop te zien is dat deze geringd is. Dus mogelijk dat deze nog als ontsnapt wordt gekwalificeerd, wat veel vogelaars zal teleurstellen, want er waren weinigen die deze eerder gehoord hadden (waaronder ik) en hier zijn er zeer veel geweest, ook op de volgende dagen.

23-05-21 vroeg op, rond 03:15h, voor een rondje Broedvogeltelling in de Biesbosch. Hier hoorden we de gebruikelijke rietvogels – Roerdomp, Rietzanger, Kleine Karekiet, Blauwborst, Cetti’s Zanger en Rietgors. Ook waren de eerste Bosrietzangers aanwezig en 2 Purperreigers. Een minder voor de hand liggende soort waren 2 Paapjes, waarschijnlijk nog op doortrek na een overnachting in het gebied. Bij het Biesbosch museum was een Grote Karekiet aan het zingen. Dus na de telling er even naartoe. Hij liet zich van kortbij horen, maar niet zien. Er werd een Roodstuitzwaluw gemeld bij de Rijskampen in Vught die ter plaatse aan het foerageren was. Snel voor de lunch er even langs op weg naar huis. En jawel hoor, hij vloog druk rond. Van de ruim 100 pogingen om een plaatje te maken kwam deze er als het beste uit (zie foto’s onderaan de pagina). Na de lunch wilde mijn vrouw er even uit, dus besloten we richting Limburg te rijden waar Bijeneters gezien waren. Deze vlogen op een acceptabele afstand rond met dit bewijsplaatje als resultaat. Op de terugweg langs Valkenswaard waar ook een Orpheusspotvogel te zien was, wat ook weer lukte. Een lange productieve dag.

21-05-21 een rondje fietsen over de Kampina bij Oisterwijk. Bij het Banisveld zat een Zwarte Ooievaar die opvloog toen ik in de buurt kwam, voordat ik hem gezien had. Snel de van de fiets af, camera gepakt en schieten. Met het bijgevoegde plaatje als resultaat.

20-05-21 een ritje naar Reeuwijk waar een Kwartelkoning aanwezig was. Dit is een vogel die door zeer weinig mensen gezien is omdat deze zich bij voorkeur in lang gras ophoudt in de buurt van water. Langs de IJssel is een andere favoriet plek. De vogel liet zich na enige tijd van redelijk kortbij horen en het is me dan ook gelukt een geluidsopname te maken. Iets verder was al dagen een Witvleugelstern gezien. Dus op zoek en jawel die liet zich wel mooi zien. Deze Witvleugelstern onderscheidt zich van de ook aanwezige Zwarte Sternen door deels witte vleugels en een witte staart. Hier was ook nog een Witwangstern aan het foerageren en een tweede kalenderjaar Dwergmeeuw. In de bosjes langs de plas zat een Spotvogel te zingen. Op de terugweg even langs de Plasdras bij Maren-Kessel, waar een Grauwe Franjepoot was gezien. Maar weer te ver weg voor een acceptabele foto.

18-05-21 had ik initieel een trip naar Zuid-Limburg in gedachten voor de Orpheusspotvogel. Omdat ik eerst een klusje moest doen vertrok ik wat later. En juist op dat moment kwam er een melding van een Huisgierzwaluw bij Westkapelle. Een vogel die maar 1 keer in Nederland goedgekeurd was. In Zeeland zat ook een Orpheusspotvogel, dus mijn trip omgegooid en zo snel mogelijk naar het westen. Toen ik aankwam waren er veel vogelaars en de meeste stonden maar wat rond te kijken en praten. Meestal geen goed teken. Ze stelde me gerust. De vogel vloog ook hier rondjes en zou zo weer langs komen. En dat deed ie ook. Nog twee keer zo lang als ik er was. Het is me gelukt een bewijsplaatje te schieten. Daarna naar Vrouwenpolder voor de Orpheusspotvogel. Voordat ik die gevonden had, met behulp van een andere vogelaar, had ik al een Zomertortel gezien. De Orpheusspotvogel onderscheidt zich van de gewone Spotvogel door onder andere de zang en de lengte van de handvleugelpennen. Deze laatste zijn korter dan van de gewone Spotvogel.

16-05-21 Een lange rit gemaakt. Begonnen op de Hoge Veluwe waar een Bergfluiter was gezien. Mijn eerdere spot van een Bergfluiter bleek toch een Hybride te zijn, dus die is van mijn lijst af. Dit was wel een echte. De vogel vloog rondjes door het bos en liet zich regelmatig horen en ik hem deze ook enkele keren kort gezien, maar te weinig voor een foto. Die wilde ik graag dus ben ik wat langer gebleven tot het wel heel erg dreigend werd met regen. Dus snel terug naar de auto, maar het is niet gelukt die zonder een deels nat pak te bereiken. Ik heb nog medelijden met de andere mensen die gebleven zijn want die zijn in de stortbui die zeker 10 – 15 minuten aanhield echt nat geworden. Door naar de Onnepolder voor de Witwangstern. Die was veel makkelijker want die kwam praktisch langs de auto gevlogen. Hier was kortbij ook een Koereiger aanwezig, mijn eerste voor Friesland. Daarna doorgereden naar Oost-Groningen op zoek naar een Grauwe Kiekendief. Die liet zich helaas niet zien en nadat ik een kapotte achterband had gekregen, besloot ik maar langzaam richting huis te gaan op mijn thuisbrengertje. Ik had me voorgenomen om langs de Weerribben te gaan om daar Klein Waterhoen en Kleinst Waterhoen te beluisteren. Ik was redelijk vroeg. Ik heb een Roerdomp gehoord en 2 stuks Klein Waterhoen. Het Kleinst Waterhoen heb ik niet gehoord, waarschijnlijk omdat mijn gehoor toch slechter wordt. Ook werd de regen spelbreker en terug naar huis, waar ik de volgende morgen om 02:00h was. Een lange dag met een redelijk resultaat.

15-05-2021 naar de Bleeke Heide een poging om de Kwartel te horen. Dat is niet gelukt, wel een Bosrietzanger, die zich wel liet horen, maar niet zien. Hiermee is mijn jaartotaal gekomen op 278, omdat de Bergfluiter die ik eerder had gezien, toch een Hybride bleek te zijn en dus niet telbaar.

14-05-2021 in de avond was het droog weer, dus maar een keer naar de Loonse en Drunense Duinen voor de Nachtzwaluw. Deze liet zich op twee plaatsen horen. Op een plaats was er één aan het zingen en op de andere plaats zaten ze redelijk kort bij naar elkaar te roepen, iets wat je niet zo vaak hoort.

13-05-2021 naar Zeeuws-Vlaanderen voor de Grauwe Franjepoot. Dit is een vrij kleine vogel die heel druk in het water foerageert op kleine vliegjes. Het gebied waar deze zat zijn wat plasjes met veel gras er omheen. Na 45 minuten zoeken had ik hem niet gevonden en besloot verder te gaan naar Nieuwvliet bad. Daar zag ik een koekoek, Blauwborst, Sternen etc. Toen ik op weg was richting Breskens kwam er een melding dat de Grauwe Franjepoot weer was gezien. Dus toch maar terug (enkele kilometers maar) en jawel hoor. Toen had ik hem zo gevonden. Ver weg, dus alleen maar een slechte foto die ik jullie bespaar.

11-05-2021 Na enkele dagen slecht weer in de ochtend naar huis ter Heide want daar was een Orpheusspotvogel gemeld. Er was al een andere vogelaar op af gekomen en samen kwamen we tot de conclusie dat het een gewone Spotvogel was. Dit was toch een nieuwe soort voor mij dit jaar. In de middag ging ik een boodschap doen in Schijndel met mijn vrouw. Tijdens de rit erna toe werd er een Noordse Nachtegaal gemeld bij de Vilt bij Cuijk. Omdat dit niet zo veel verder was besloten er naar toe te rijden. De vogel liet zich vrij snel horen, maar net als met de Wielewaal, zien is veel moeilijker en ook hier is dat niet gelukt. Maar goed dat ik besloten had om te gaan, want de volgende morgen was het vogeltje gevlogen en niet meer gehoord of gezien. Dit is een les die ik dit jaar heb geleerd. Als er een zeldzame vogel wordt gemeld, meteen in de auto, want anders ben je waarschijnlijk te laat.

08-05-2021 wederom een bedrukte dag met wind en regen en ik had eigenlijk besloten om thuis te blijven. Er werd een Blonde Ruiter gemeld in bij Broekhuizervorst in Limburg, de allereerste keer voor die provincie. Toch maar besloten om te gaan kijken. De vogel was druk aan het foerageren in de regen en wind. Toch een redelijke foto weten te maken. Toen ik bij de auto terug kwam staken er net 2 Patrijzen de weg over. Dit is een vogel die je steeds minder ziet en voor Limburg waren dit mijn eerste ooit. ’s Avonds was het rustiger weer en maar een fietstochtje gemaakt via de Kampina, waar ik mijn eerste Boomvalk van dit jaar heb gezien, naar de Loonse en Drunense Duinen waar de Nachtzwaluwen zich nog niet lieten horen.

06-05-2021 een rondje Noord-Nederland gedaan. Eerst de Witkeelkwikstaart in Overijssel en vervolgens de Roodpootvalk in Bargerveen in Drenthe. Dit vrouwtje liet zich van heel dichtbij bekijken en fotograferen. Daarna een poging gedaan voor de Witwangstern bij het Zuidlaardermeer, maar een Visdief hield me voor de gek zoals ik bij nadere bestudering van de foto thuis heb gevonden. En poging om een Grauwe Kiekendief te vinden is ook niet gelukt. Toen maar naar de Batpolder bij het Lauwersmeer om Morinelplevieren te zoeken. Op de gemelde plaatsen was niets te vinden. Net toen ik besloot om maar teleurgesteld naar huis te gaan, vloog er een groepje Morinelplevieren langs mijn auto alsof ze wilden zeggen ‘niet te vlug, wij zijn er wel’. Ze besloten een stukje verder weg aan de overkant van de snelweg te gaan zitten. Hier kon ik een enigszins acceptabele foto maken van deze prachtige steltlopers.

05-05-2021 een rondje Kampina gedaan, waar ik mijn eerste Wielewaal op grote afstand heb gehoord. Het mannetje Wielewaal is een mooie geel-zwarte vogel, die je zelden te zien krijgt. Ik heb deze ook pas enkele keren kunnen bewonderen. Deze keer dus weer niet.

04-05-2021 werd er op de Maashorst een Griel gemeld. Dit is een beetje een mysterieuze vogel en qua uiterlijk lijkt ie niet op de andere vogels die je in Nederland kunt zien. Daar aangekomen was er veel wind en regen, maar achter mijn auto met de klep open was het enigszins uit te houden. Maar de vogel liet zich niet zien. Na 1,5 uur te staan kou kleumen maar besloten om naar Voorst te rijden omdat daar een ongeringde Jufferkraanvogel gemeld was. Die vogel liet zich wel zien. Dit is een vogel waarvan het onzeker is of die überhaupt goedgekeurd wordt, want meestal zijn het toch ontsnapte vogels en dat kan hier ook zijn – een die zijn ring is verloren. Snel een bewijsplaatje gemaakt, want de Griel was teruggevonden op de Maashorst. Dus snel terug en deze keer liet de vogel zich goed zien. Ik heb enkele foto’s en een filmpje gemaakt. Klik hier voor het filmpje van de Griel.

03-05-2021 een rondje gemaakt langs IJsselstein waar al een aantal dagen Temmincks Strandlopers gemeld waren. Na enig zoeken deze 2 gevonden die knus bij elkaar aan het eten zoeken waren. Toen door naar de Lepelaarsplassen bij Almere waar een Gestreepte Strandloper was gemeld. Helaas niet gevonden en een lokale vogelaar die deze ook meerdere keren gezocht had betwijfelde of er echt wel 1 gezeten had. Dus een volgende keer beter. Wel een Braamsluiper gevonden die zich ook nog enigszins liet zien en horen.

02-05-2021 meegelopen met een Broedvogel Monitoring Project (BMP) telronde in de Biesbosch Ruwen Hennip en Vijf Ambachten. Dat betekent heel vroeg op rond 04:00h omdat ik eerst naar de Biesbosch moet rijden met de auto en dan nog ongeveer 20 minuten varen met de boot voor je kunt beginnen, wat ongeveer 1 uur voor zonsopgang is. Hier hoorden we al snel de Roerdomp, Kleine Karekiet, Snor, Blauwborst, Rietgors. Er waren al Bruine Kiekendieven aan het jagen. Ook kwam er een Purperreiger voorbij. Hier heb ik mijn eerste Tuinfluiter van dit jaar gevonden. Tijdens deze telronde werd er een Roodkopklauwier gemeld in de Grootte Peel. Dus na afloop snel in de auto en gaan kijken of ze nog aanwezig was, want het was een vrouwtje. En ja hoor, op gepaste afstand was ze bezig insecten te vangen. Ik heb een klein filmpje gemaakt, waar je mooi kunt zien hoe ze rond kijkt welk insect ze kan vangen. Helaas was er wat veel wind, waardoor het beeld nogal trilt. Klik hier voor het filmpje.

01-05-2021 naar het Gelderse Weurt bij Nijmegen. Hier was een Kortteenleeuwerik gevonden de dag ervoor, die veel mensen bij veel wind, wolken en miezer zijn gaan bekijken in de avond. Zaterdag morgen was het weer een stuk aangenamer en de vogel was al snel gemeld. Bij aankomst was het niet zo moeilijk om de vogel te vinden – daar waar veel mensen staan op gepaste afstand en dat is vaak wat ver weg voor erg duidelijke foto’s. De vogel foerageerde rustig tussen de begroeiing langs het water en viel niet erg op, zoals je op de foto kan zien. Er was de avond ervoor ook een Roodkeelpieper gezien, een vogel die ik nog nooit gezien had. Hij was die ochtend ook gezien en verder weg gevlogen. Na enig tijd zoeken en hulp van een lokale vogelteller heb ik deze gevonden. Een tijdje later liet ie zich goed bekijken door de aanwezigen en kon ik deze foto maken. Hierop kun je zien waar zijn naam vandaan komt – een pieper met een roodbruine keel.

Mei is goed begonnen. Toen werd het weer wat slechter en werden mijn activiteiten wat minder. Ik ben eigenlijk toch een goed weer vogelaar. De vogels die ik in mei, tot dusver, heb gevonden staan hierboven beschreven.

De vorige keer stond mijn teller op 228. Sindsdien zijn er veel zomervogels teruggekeerd en hebben zich enkele doortrekkers laten zien. Een update tot eind April wat mijn jaartotaal op 30 April tot 259 heeft gebracht.

30-04-2021 wederom een poging (de 5de) om de Sprinkhaanzanger te scoren in het Bossche Broek. Buienradar gaf droog bewolkt weer aan, maar toen ik aankwam druppelde het al een beetje. Dat bleef zo tot ik bij een plek kwam waar de Sprinkhaanzanger de dag ervoor gehoord was. Na kort wachten hoorde ik hem eindelijk. Vaak als ze zingen laten ze zich ook zien. Dus even wachten in de beginnende regen die snel voorbij zou zijn. … Na een kwartier teruggelopen naar de auto die een half uur verder stond en het regende maar door. Nat, maar voldaan naar huis.

29-04-2021 een fietstochtje langs het Blauwe Meer waar een Braamsluiper zat te zingen, maar de naam zegt het al – die sluipt door de bramen. Bij een zangstrofe heb ik de vogel met de verrekijker gezien. Daarna naar de Brand waar een Sprinkhaanzanger was gehoord – poging 4. Onderweg bij de Loonse en Drunense duinen liet zich een Fluiter horen. Bij de Brand heb ik wel een Snor gehoord, maar geen Sprinkhaanzanger.

28-04-2021 eerst naar de Vughtse Gement om te kijken of de vogels van de vorige dag er nog waren – alleen de Reuzenstern en nog steeds ver weg. Wel kwamen er een Zwarte Wouw en een Rode Wouw overvliegen, maar ja, mijn camera was stuk. Ook waren er enkele Noordse Kwikstaarten aan het foerageren. Deze lijkt veel op een gewone Gele Kwikstaart, maar zijn kopje is donkerder en heeft geen witte oogstreep. Na de middag ben ik nieuwe camera body gaan kopen – een Nikkon D780.

27-04-2021 opnieuw naar Texel voor de Roodstuitzwaluw – nu bij de Geul. Deze lijkt een beetje op een Boerenzwaluw, maar heeft een rode stuit en rood op zijn kop. Ook de vlucht is iets rustiger. Maar als deze op zo’n 300 m afstand samen met Boerenzwaluwen aan het foerageren is tussen de bomen is het toch best lastig het verschil te zien. Maar dat is gelukt samen met een aantal andere vogelaars. Tijdens het proberen een slechte foto te maken deed mijn camera plots niets meer – dood en geen leven in te krijgen. Was al bijna 6 jaar oud en nooit helemaal tevreden mee geweest. Ondertussen werden in de Vughtse Gement een Poelruiter en Reuzenstern gemeld. Deze soorten had ik al, maar nog nooit in een gebied zo kort bij huis. Ik heb ze gezien met veel tegenlicht.

26-04-2021 naar Zeeland, want met de gedraaide wind zouden er mogelijk wat mooie vogels over kunnen trekken. Ik was eigenlijk aan de late kant dus had ik de Kortteenleeuwerik gemist. Wel een Zomertortel en bij Nieuwvliedbad een Graszanger.

25-04-2021 naar het Bossche Broek. Poging 3 voor de Sprinkhaanzanger. En weer niet gelukt. Dan maar langs de Vughtse Gement naar huis. Hier zag ik de eerste Gierzwaluwen van dit jaar. Gierzwaluwen zijn het teken dat de zomer echt gaat beginnen, alleen het weer gedraagt zich er nog niet naar.

24-04-2001 op naar Texel voor de Roodstuitzwaluw, maar helaas had de vogel andere plannen die dag en liet zich niet aan mij zien. Wel waren er twee Dwergsterns. In de middag kwam de melding dat er in mijn telgebied in de Biesbosch een Amerikaanse Wintertaling was gezien Een eerdere poging dit jaar om deze soort te zien was mislukt – dus op naar de Biesbosch, waar ik aan het begin van de avond aankwam. De vogel was nog aanwezig, ver weg en nog steeds die koude Noordenwind. Dus alleen maar slechte foto’s – maar die zorgen ook voor het bewijs dat je een vogel gezien hebt.

23-04-2021 naar het Bossche Broek voor een volgende poging voor de Sprinkhaanzanger. Dat is weer niet gelukt. Wel mijn eerste Kleine Karekiet, die diep verscholen in het riet zijn liedje zat te zingen en een Paapje die op grote afstand rond zat te kijken en tenslotte mijn eerste Koekoek van dit jaar. Toch een goede ochtend.

22-04-2021 een bezoekje aan de haven-pier bij Scheveningen. Hier was al een aantal dagen Ross meeuw gezien. Ook die ochtend, maar niet meer toen ik aankwam. Dan kun je alleen maar wachten in de koude Noordenwind (of zoals sommige andere vogelaars deden – iets anders gaan doen). Ik besloot te wachten en te kijken of ik dan maar iets anders kon vinden. Dat lukte – Drieteen meeuwen, Dwergmeeuwen. En ja hoor, daar kwam ook de Ross meeuw – zie foto, o.a. te herkennen aan de zwarte vlekjes op de kop die de indruk kunnen geven van een koptelefoon. Toen werd er een Duinpieper gemeld op de Maashorst, een soort die ik nog nooit gezien had. Aldaar aangekomen was de vogel even uit beeld, maar na een half uurtje was ie er weer. Lijkt een beetje op een Graspieper, maar dan zonder strepen op de borst, buik en wat lichter van kleur – zie foto.

21-04-2021 na het avondeten naar de Bleeke Heide bij Chaam waar een paartje stelkluten was gezien. Geen nieuwe jaarsoort, maar toch altijd leuk om te zien. In een vluchtfoto kun je zien hoe lang hun poten echt zijn. Tot mijn verassing trof ik daar toch enkele nieuwe jaarsoorten – Zwarte Stern, Engelse Kwikstaart en in de schemering nog een overvliegende Purperreiger.

20-04-2021 naar de Hoge Veluwe. Van een collega vogelaar had ik de locatie van een Dwerguil doorgekregen. Deze locatie wordt angstvallig geheim gehouden om de soort niet te verstoren. Het is een uilensoort ter grootte van een spreeuw. Hij nestelt dan ook in oude spechtennesten. Na een uur in het gebied te zijn geweest liet ie zich horen, maar helaas niet zien. Een poging om een Sprinkhaanzanger te horen en/of zien bij Wageningen was niet gelukt. Hier speelt mijn sterk verminderd gehoor toch een rol, want een andere vogelaar hoorde hem wel.

19-04 2021 eventjes naar Zuid-Holland waar ik een Draaihals en een Iberische Tjiftjaf gezien heb. De laatste heb ik maar kort gezien en gehoord ondanks dat ik ongeveer 3 uur in het gebied ben geweest.

18-4-2021 een rondje Noord-Nederland. Eerst bij de Oostvaardersplassen een volwassen man Rouwkwikstaart gevonden die bezig was nestmateriaal te verzamelen. Daarna door naar Lemmer waar een roze spreeuw in een woonwijk gezien was. Het roze in zijn kleed werd mooi zichtbaar – zie foto. Vervolgens naar het Jaap Deens gat bij het Lauwersmeer waar een Reuzenstern was neergestreken – grootte van een Zilvermeeuw met een rood-oranje snavel net zo groot als een wortel. Aan de andere kant van het Lauwersmeer zat een Poelruiter die zich erg dichtbij liet fotograferen. Op weg naar huis zag ik een Rode Wouw druk aan het jagen langs de snelweg. Een hele mooie dag met 4 jaarsoorten erbij.

17-4 2021 een bezoekje aan de Biesbosch. De fiets op de auto naar Werkendam en dan een rondje fietsen om wat mooie stukjes te bekijken. Het begon met een Nachtegaal die aarzelend zijn liedje aan het repeteren was. Mogelijk nog moe van de trek. Rietzanger en Waterral lieten zich ook horen. Vlakbij het museum trof ik twee late Grote Zaagbek-mannen die hun veren aan het oppoetsen waren. Een overvliegende Zeearend blijft altijd leuk om te zien. De Zwarte Zee-eend in de Merwede krijgt langzaam een volwassen verenkleed.

15-4-2021 een wekelijks rondje Zeeland. Naast de gebruikelijke soorten vond ik hier mijn eerste paartje Strandplevieren van dit jaar.

14-4-2021 naar het Houtakker Broek bij Hilvarenbeek. Gezocht naar een Purperreiger, maar niet gevonden. Wel een erg vroege Bosruiter die optrok met een Witgat.

12-04-2021 maar weer naar de Kampina om de Bonte Vliegenvanger te zoeken, iets wat ik zondag afgebroken had. Na ongeveer 1.5 h wandelen liet zich een vrouwtje Bonte Vliegenvanger zien en fotograferen. En daarmee is mijn tussenstand uitgekomen op 228 soorten.

11-04-2021 ben ik ’s morgens vroeg kort naar de Kampina geweest en daar liet zich de Grasmus zich kort zien. Maar door de regen maar weer snel naar huis. Daar aangekomen kwam er een melding dat er een Siberische Taling was gezien in de Groene Jonker bij Zevenhoven. Mijn vrouw had wel door dat ik die graag wilde zien en ze stelde dan ook voor om er naartoe te rijden. Had ze ook een uitje, hoewel vogels kijken niets voor haar is, maar autorijden vindt ze leuk. De Siberisch Taling liet zich zien … op 600 m, met zonlicht tegen en koude Noordenwind in de rug. Het is me toch gelukt enkele slechte foto’s te maken, die ondertussen toch al > 200 keer bekeken zijn. Na een frietje gegeten te hebben even gekeken of er nog andere interessante vogels in de buurt zaten en jawel 10 kilometer daarvandaan zat een Steltkluut. Die liet zich vrij snel zien en toen meldde een andere vogelaar dat er ook een Kleine Strandloper zat. Die had ik over het hoofd gezien – niet veel groter als een mus op ongeveer 100 m afstand – dan kan zoiets gebeuren. Dus ook die weer aan mijn lijst toe kunnen voegen.

10-04-2021 vroeg uit de veren (04:00h) om een rondje Broedvogel Monitoring Programma (BMP) telling te doen in de Biesbosch samen met een andere Vogelaar. Hij hoort beter en ik zie het vrij goed. De dag ervoor was in de buurt van het gebied waar wij gingen tellen een Zwarte Wouw gezien en wij hoopten natuurlijk dat ie ons even gedag kwam zeggen. En jawel – dat deed ie door een mooi rondje door het gebied te vliegen. Voor mij een nieuwe jaarsoort en voor mijn collega-teller een compleet nieuwe soort voor Nederland. Verder zaten er meerdere Cetti’s Zangers, Blauwborsten, Snorren, Rietgorzen, Roerdompen en Rietzangers in het riet kabaal te maken. Daarbuiten waren er Matkop, Fitis, Zwartkop, Grote Bonte Specht, etc. Na de telling nog even naar de plaats waar het Zeearendnest zat, maar dat hebben we niet kunnen vinden. Maandag hoorden we dat de boom met het nest enkele dagen ervoor omgewaaid is, terwijl de Zeearenden al 2 eieren hadden gelegd. Dat is helaas al het tweede Zeearendnest in de Biesbosch dit jaar dat met de storm is omgewaaid.

09-04-2021 op naar Keent aan de Maas omdat er de dag ervoor een Reuzenstern was gezien. Met de nadruk op was, want hij was weg. Nog wel een Visdief gezien die druk bezig was kleine visjes te vangen in een zij-plas van de Maas.

08-04-2021 ben ik een langer stuk gaan fietsen naar Surea, een natuurgebied achter de Rijen. Hier trof ik mijn eerste Boompieper van het jaar en een Grote Barmsijs. Verder nog een Appelvink en Zwarte Specht.

03-04-2021 ben ik weer naar de Kraaijenbergse plassen geweest want hier waren een Snor en Sprinkhaanzanger gemeld. Helaas heb ik alleen de Snor kunnen vinden. Het Porseleinhoen van enkele dagen eerder riep ook nog een paar keer, maar na 06:45h heb ik het niet meer gehoord. En zien liet ie zich ook al niet zien, ondanks dat ik toch enkele uren heb staan turen.

Toen brak er een koude regenachtige periode aan en ben ik lekker 5 dagen voornamelijk thuis gebleven. Echt spannende soorten werden ook niet gemeld.

31-03-2021 naar Huis ter Heide geweest in de hoop wat trekvogels te zien. Maar het is ideaal weer voor deze trekvogels om door te vliegen met de zuiden-wind in de rug. Wel zaten er Fitissen, Tjiftjaf’s en Zwartkoppen te zingen – de zomer komt eraan.

Na de eerste 3 maanden van het jaar staat mijn jaartotaal dus op 212 soorten, waarvan 4 soorten die ik nog nooit eerder had gezien. Van deze 212 soorten zijn er 5 soorten die nog geaccepteerd moeten worden door de Commissie Dwaalgasten Nederlandse Avifauna (CDNA), voordat je ze als echte soort mag tellen. Dat is de reden dat ik probeer om meer dan 300 soorten te zien, omdat er soms soorten afgewezen worden of van de Nederlandse lijst afgevoerd worden. Dit laatste is gebeurd met de Grote Canadese Gans aan het begin van dit jaar – het is nu een exoot die bejaagt mag worden.

De meeste zomervogels komen nog. Er zijn de afgelopen week totaal 44 soorten gezien, die ik nog niet heb voor dit jaar. Dit zijn veelal waarnemingen van soorten die over enkele weken algemeen zijn in de buurt, zoals de 4 soorten Zwaluwen, Koekoek, sternen, etc. Ik hoop dan ook mijn totaal de komende maand flink uit te kunnen breiden. Daarna begint het echte werk: Zeldzame soorten zoeken, die soms maar enkele uren gespot kunnen worden of alleen te zien zijn op 1 van de Waddeneilanden of alleen te horen zijn in de hele vroege of late uurtjes of na een noordwesterstorm.

30-03-2021 ben ik naar het Nijkerkernauw geweest, in de buurt van Nijkerk. Hier zat een Kleine Topper vrouw al een hele tijd. Ik had er al een gezien dit jaar, maar een foto was nog niet gelukt. Deze zat lekker dichtbij en liet zich goed bekijken en fotograferen. Ook heb ik een video opname kunnen maken. Klik hier om de video-opname te bekijken. Na de middag was ik bij Eemnes en zag daar wat Brandganzen – zie video. Voor iemand die zich verveelt – probeer ze maar te tellen. Ik heb geen idee hoeveel er zaten – maar heel veel.

29-03-2021 Op naar het Porseleinhoen. Dit is een rallensoort en dus voornamelijk ’s-nachts en in de vroege ochtend voor zonsopgang te horen is. Ik was om 06:00h ter plaatse (gelukkig was de zomertijd al begonnen) en het Porseleinhoen riep al – nummer 212. Hoor de geluidsopname. Ik ben daarna nog ongeveer 3,5 uur ter plaatse geweest in de hoop een glimp op te vangen van de vogel, maar helaas geen glimp en dus ook geen foto. Wel zat er verder op nog een zomerkleed Roodhalsfuut en een Blauwborst.

28-03-2021 was vroeg op om in de Biesbosch een telling te doen voor het Broedvogel Monitoring Project (BMP), waarbij in een bepaald gebied alle vogels geteld worden die er kunnen broeden. Het was de eerste telling dit jaar en veel broedvogels zijn nog onderweg. Wel Rietgorzen, Blauwborsten, Cetti’s Zangers en Bruine Kiekendieven gezien. Ook kwam er een Visarend over – nummer 211 dit jaar. Verder de Roerdomp en de Waterral gehoord. ’s-Avonds werd een Porseleinhoen gemeld bij de Kraaijenbergse plassen bij Linden.

08-03-2021 Mijn top 300 heeft vertraging opgelopen – deels omdat dit een verwachte rustige periode is (wachten op de trekvogels en zomervogels) en deels omdat ik 10 dagen (uit voorzorg) in quarantaine zit i.v.m. Covid-19. Eind van de week mag ik weer op pad. De teller staat nu op 206 met mijn laatste soorten de Roerdomp op 7 Maart en de Kleine Topper op 8 Maart.

28-02-2021 Op zondag, eind van de middag, kwam de melding dat er een Steenarend was gezien in de buurt van Zevenaar. Wat doe je dan – die kant uit zoals minstens 155 vogelaars gedaan hebben of toch rustig je biefstukje opeten dat mijn vrouw net klaar wilde maken. Ik heb het laatste gedaan. Omdat het eind van de middag was ging de vogel waarschijnlijk een slaapplaats zoeken en met zoveel vogelaars in de buurt wordt die meestal ook wel gevonden. Roofvogels trekken namelijk niet ’s-nachts. Dus de volgende morgen vroeg (rond 05:00h) op pad om te posten in de buurt van de slaapplaats net als die vele andere vogelaars die een soortgelijke keuze hadden gemaakt.

Helaas waren er enkele vogelaars ’s morgens vroeg onder de boom gaan staan, zodat de vogel bij slecht zicht toch besloot te vertrekken. Gelukkig konden ze hem volgen, zo’n 4 kilometer verder was zijn volgende stop. Alle vogelaars in colonne daar naartoe. Hier konden veel vogelaars (ik was 1 van de minstens 198) de vogel bekijken – nog steeds met matig zicht omdat het heiig was. Rond 08:30h was de vogel weer gevlogen en is die dag nog maar door een enkeling vliegend gezien. Mijn totaal voor dit jaar komt daarmee op 204.

 Klik hier voor filmpje van de Steenarend.

27-02-2021 gisteren ben ik een dagje naar de Sallandse Heuvelrug geweest. Dit is de enige plaats in Nederland waar je de Korhoenders nog kunt zien (als je er vroeg genoeg bij bent – rond 08:00h in de morgen). Ik was rond kwart over 7 ter plaatse en trof daar 1 van de lokale vogelaars die bijna elke dag naar de Korhoenders komt kijken. Rond kwart voor 9, toen hij begon te denken dat ze deze dag zich niet zouden laten zien kwamen er 2 mannetjes aangevlogen op zo’n 600 m afstand. Dus een goede verrekijker is wel nodig of een telescoop zoals ik bij me had. Het is me gelukt foto’s te maken en een filmpje (klik hier voor het filmpje van de korhoenders).

Rond 09:00h waren ze weer weg en worden dan meestal ook niet meer gezien gedurende de dag. Ik hoorde toen een Raaf en zag er 2 in een boom zitten. Ook hier heb ik een filmpje (klik hier voor het filmpje van de raaf) van gemaakt. De lokale vogelaar vertelde me dat er aan de andere kant van de snelweg Kraanvogels zaten. Daar ben ik toen heen gegaan en heb er 1 kort zien vliegen. Ook was er een Klapekster ter plaatse.

Daarna ben ik weer terug gegaan naar de Sallandse Heuvelrug want iemand had er een Kruisbek gezien – voor mij een moeilijke soort omdat je die vaak op geluid vindt. Na een tijdje door het bos geslenterd te hebben met verrekijker, camera en telescoop zag ik iets bewegen boven in een hoge den. Scoop erop en jawel vrouwtje Kruisbek – telefoon op mijn scoop gezet en ik kreeg het mannetje in beeld en dat resulteerde in filmpje 3 (klik hier voor het filmpje van de kruisbek). Het was dus een succesvolle dag met 3 nieuwe jaarsoorten, wat het totaal brengt op 203.

25-02-2021 Voor februari was mijn doel om de eerste 200 soorten te halen. Dat is gelukt op 25 februari. Ik heb die dag een rondje Zeeland gedaan om mijn daglijstje wat aan te vullen. Ik ben begonnen bij Battenoord waar de Flamingo’s nog steeds aanwezig zijn. Vervolgens naar de buitenhaven bij Stellendam waar een groep Kluten zich verzameld had en een Lepelaar aan het foerageren was. Daarna langs de Brouwersdam waar een groepje Parelduikers druk aan het duiken was. Ook liepen er o.a. Drieteenstrandlopers en Paarse strandlopers. Er waren veel zwarte Zee-eenden en ook nog enkele Grote Zee-eenden. Op de dam van Neeltje Jans is het me gelukt de Regenwulp te vinden, die lekker stond te slapen en voor mijn foto ongeveer 1.5 seconden zijn kop uit de veren haalde (zie matige foto onderaan de pagina). Dan kun je namelijk aan zijn lichte kruinstreep herkennen dat het een Regenwulp is. Via het Veerse Meer (voor de Geoorde Fuut) naar Middelburg waar de Kwakken weer aanwezig zijn (zie foto onderaan de pagina).

23-02-2021 Dinsdag 23 februari een uitstapje naar de Strabrechtse Heide bij Lierop. Veel boswerkzaamheden (= bomen kappen met grote luidruchtige machines), zoals in de meeste natuurgebieden waar ik de laatste weken ben geweest. De Boomleeuweriken waren druk aan het zingen als 1 van de weinige soorten die ik gezien heb. Op het eind had ik nog een paartje Sijzen en een Vuurgoudhaan – maar die laatste is zeer lastig te fotograferen.

22-2-2021 Maandag 22 februari vroeg uit de veren op de fiets in een poging een bosuil te zien, maar die zaten waarschijnlijk op het nest – lekker dicht bij elkaar. Daarna naar de Baardwijkse Overlaat alwaar ik 8 Goudvinken zag, 2 Grote Barmsijzen, 2 gewone Sijs. Op de terugweg door de Loonse en Drunense duinen zat er een Klapekster langs het fietspad (zie foto onderaan de pagina).

21-02-2021 Deze zondag ben ik naar de Biesbosch gegaan in de hoop wat nieuwe soorten te spotten, maar helaas. De Roerdomp liet zich niet zien, noch horen. Ik had nog wel een Zeearend die voorbij kwam vliegen – zie foto. Het wordt lente – de vogeltjes beginnen volop te zingen zoals de Cetti’s Zanger die je op steeds meer plaatsen in de Biesbosch en daarbuiten kunt horen, zoals bijv. De Brand.

20-02-21 op deze dag zijn veel vogelaars naar Zuid Limburg getrokken, zo ook ik. Je kunt dan het rondje links om of rechts om doen. Sommige vogels zie je nl alleen ’s morgens. Ik begon met een Oeverloper en de Witoogeend. Daarna naar de Oehoe, die zich verstopt had achter een boompje gecombineerd met een heiige lucht en slecht licht. Daarom duurde het toch een lange tijd totdat ik hem vond. De vogelaars die na mij kwamen maakte dankbaar gebruik van mijn vondst. Vervolgens een Limburgse vlaai opgepikt en verder naar de Vaalser bossen. Hier had ik nog een Middelste Bonte Specht. De Kortsnavelboomkruiper is helaas niet gelukt. De Kraanvogel trek was in volle gang. Ik heb 3 groepen gezien van 60, 200 en 150 stuks. Luid trompetterend kwamen ze over. Mijn jaartotaal na deze dag is 199 en dat blijft ie waarschijnlijk wel even.

17-02-2021 ben ik weer naar de Biesbosch geweest. Vanwege het betere weer heb ik de fiets meegenomen en rustig rond gefietst. Stoppen en turen gaat dan allemaal wat makkelijker en nu is het wel gelukt om een Smelleken (man) te spotten. Daarmee komt de teller op 196.

15-02-2021 Vandaag naar de Biesbosch geweest om te kijken of ik vandaag de Grote Zaagbek, Smelleken en Zeearend kon vinden. Tijdens mijn zoektocht landde deze Watersnip vlak bij mijn auto (zie foto onderaan de pagina). Hij bleef een tijdje rustig zitten. Het duurde een tijdje voor ik de Grote Zaagbekken had gevonden – 5 mannetjes en 1 vrouwtje … Alle weilandjes en rond plasjes gezocht, maar Smelleken en Zeearend heb ik niet gevonden. Nog wel een Juveniele Zwarte Zee-eend, een Nonnetje, Grote Bonte Specht, 2 Kemphanen, enkele Witgatten, mijn eerste Grutto’s in Brabant en een Waterpieper. Er waren natuurlijk wel heel veel ganzen, krakeenden, Wintertalingen, Pijlstaarten en Wilde Eenden.

13-02-2021 We hebben een winters weekje bijna achter de rug. Op 13 Februari heb ik even de Kokardezaagbek gedaan, waarmee mijn jaar totaal nu op 195 is gekomen. Gisteren heb ik een trip gemaakt naar Katwijk, Noordwijk en Winkel (plaats in Noord-Holland). In Katwijk 2 uurtjes gewandeld door de duinen op zoek naar de Rouwkwikstaart en gevonden – net voor deze verdreven zou worden door de vele schaatsers die op zijn zandplaatje waar hij zijn eten aan het zoeken was, de schaatsen aan wilden doen. In Noordwijk op een kou en guur veld zat een Dwerggors, die zich gelukkig vrij snel liet zien. In Winkel is het gelukt om de Taigaboomkruiper te spotten met zijn mooie witte buik en lange achter teennagel, om aan te geven op welke details je soms moet letten om een soort te onderscheiden van een andere soort. Ter vergelijking een foto van een ‘gewone’ boomkruiper. Met de foto’s langs elkaar is het makkelijk, maar in het ‘veld’ als die vogeltjes druk tegen de boom op kruipen en van boom naar boom vliegen, met verschillende lichtval is het een heel stukje moeilijker.

Net voor de sneeuw op 6 februari ben ik nog even naar Zuid-Holland geweest om een Buidelmees te spotten, wat gelukt is. Daarna was zondag lekker thuis blijven en sneeuw ruimen. De daarop volgende dagen ben ik gaan wandelen in de omgeving – Leemkuilen op 8 februari waar ik o.a. de Goudvink, Watersnip, Veldleeuwerik en Ringmus tegen kwam. Op 9 februari naar De Brand. Hier vloog een Houtsnip voor me op, waren Goudhaantjes aan het foerageren en liet een Middelste Bonte Specht zich even goed bekijken. Op 10 februari naar het Noorderbos in Tilburg-Noord. Ook hier waren er Goudvinken en Winterkoninkjes. Ook is vandaaruit de nestkast van de Slechtvalk op de TV toren te spotten en 1 van de vogels was toevallig thuis en liet zich mooi zien. Op 11 februari naar Huis ter Heide waar de Kleine en Grote Bonte Spechten al druk bezig waren om aan te geven waar hun territorium is, door driftig te kloppen – de Kleine doet dat veel sneller dan de Grote. Ook hier waren er goudhaantjes, vaak heel druk en moeilijk te fotograferen, maar eentje is enigszins gelukt – zie foto onderaan de pagina. Ook was er een groepje staartmeesjes en een leuke groep sijsjes die de dennenappeltjes aan het afspeuren waren.

01-02-2021 Mijn ‘big-year’ gaat verder. Soms heb je een dip, zoals met de Strandleeuwerikken en soms lukt het wel. Zaterdag 30 Januari wilde ik graag de Grote Pieper zien. Dit was al een keer eerder mislukt bij Spaarndam. Nu vroeg naar de Amsterdamse Waterleiding duinen – een prachtig gebied waar je lekker rond kunt struinen ook buiten de paden. Na ruim 10 kilometer en 3.5 uur gestruind te hebben geen Grote Pieper, wel Krooneenden, Kleine Bramsijs en een nieuwe soort voor dit jaar de Glanskop. Daarna toch maar weer naar Spaarndam omdat daar ook nog steeds de Grote Pieper werd gemeld. In de koude Noordoosten wind langs het weiland gestaan en gezocht en jawel, opeens liep er 1 in beeld. Snel een bewijsplaatje geschoten en daarna nog wat betere plaatjes. Daarna toch maar de warme kachel thuis opgezocht.

Dan heb je zaterdag avond de moeilijke keuze – welke soorten probeer je morgen ? De Waterspreeuw in Assen die al 2 keer mislukt was of bijv. Limburg voor de Taigaboomkruiper. De keuze viel toch op Assen omdat ik ondertussen gevonden had dat er een 2e locatie was waar die kon zitten. Om 06:00h in de auto naar het koude Noorden. Maar het zonnetje scheen de hele dag en het werd uiteindelijk een prachtige dag. De Waterspreeuw had ik snel gevonden, daarna enkele uren gezocht naar een Kraanvogel rond het Dwingelerveld, en gevonden. Een korte stop in Amersfoort voor de Zwartkopmeeuw om daarna weer enkele uren te zoeken naar de Ruigpootbuizerd bij Scherpenzeel – ik wilde echt een bewijsplaatje. En ook dat is gelukt.

27-1-2021 Ik ben nog steeds druk bezig met mijn jaarlijst, want in het begin van het jaar kun je alle standvogels en wintergasten in Nederland vinden – zo rond de 200-220 soorten. Mijn teller staat ondertussen op 181. Mijn subdoelstelling voor Januari was 180 soorten, dus dat heb ik al gehaald.

Als je mijn lijst zo ziet en ook die van andere vogelaars lijkt het zo makkelijk. Mij lukt het ook vaak nog om een (soms matige) foto te maken. Niets is echter minder waar. Je gaat soms meerdere keren voor niets op pad of naar een bepaalde plaats. Bijvoorbeeld de Zwarte Ibis die ik afgelopen zaterdag (zie foto 23-01-2021 onderaan tekst) heb gezien, was de 4e poging al dit jaar voor die soort – 1 x maal eerder op de plek waar ik deze gezien heb en 2 x maal in een andere plaats in Nederland. Deze week ben ik een dag naar de Slufter op Texel geweest voor de Strandleeuwerikken – helaas die waren even ergens anders. Dus daar zal een nieuwe poging gedaan moeten worden – maar daar heb ik nog 11 maanden voor ?.

Ik zou de vraag kunnen krijgen en hoe zit het met Corona ? Thuis blijven is toch de norm ? De norm is – zo min mogelijk contact met andere mensen. Ik ga alleen op pad, ben vaak alleen in een gebied of houd meer dan voldoende afstand door langs wandelpaden te gaan staan als er passanten zijn. Hekjes in de natuur raak ik niet met mijn handen aan – met mijn voeten of de mouw van mijn jas. Bij een tankstation draag ik altijd handschoentjes. Ik zie helaas de meeste mensen deze simpele basis dingen niet doen, terwijl (metalen) oppervlakken die door mensen aangeraakt worden een potentiële bron van besmetting zijn.

17-1-2021 Vandaag ben ik naar Huis ter Heide geweest en kwam in een stukje bos waar gelukkig weinig andere mensen waren. Ik heb daar eens geprobeerd wat er gebeurt als je gewoon een tijd ‘stil’ blijft staan. Er zijn namelijk 2 manieren om zoveel mogelijk vogels te zien: Ze ‘opjagen’ door jezelf te verplaatsen of door stil te staan / zitten en kijken welke vogels er langs komen. Bij opjagen moet je in ogenschouw nemen dat vogels al verstoord kunnen worden als je nog ongeveer 50 meter verwijderd bent. Stil staan moet meer zijn dan 15 minuten, want zo lang duurt het ongeveer voor een verstoorde vogel weer terugkomt en weer gebint met foerageren (eten zoeken). Welke vogels zag ik tijdens mijn stilstand van ongeveer anderhalf uur:

  • 2 merels
  • Ongeveer 40 Koperwieken die druk waren met blaadjes om te keren om insecten en andere bodemdiertjes te vangen en op te peuzelen
  • Een stuk of 10 goudhaantjes die vliegensvlug over de takjes bewegen of druk fladderend proberen kleine insectjes (met name luizen) te vangen
  • Een gezellig groepje staartmezen die samen door de boompjes trekken – staartmeesjes zie je vaak in groepjes (in de winter)
  • Enkele kuifmeesjes met hun kuif mooi rechtop
  • Natuurlijk de koolmeesjes en pimpelmeesjes die roepend hun aanwezigheid bekend maken
  • Er kwam ook kortstondig een zwarte Mees zich roepend melden – een nieuwe soort voor mij dit jaar
  • Iets verder weg riep een Grote Bonte Specht en alarmeerde een Zwarte Specht
  • Een Gaai bewoog zich zonder geluid door de bomen.
  • De gebruikelijke Houtduiven die druk roepend en baltsend bezig waren, want die gaan over enkele weken al weer beginnen met broeden
  • Een Roodborstje kwam stilletjes kijken wat ik aan het doen was
  • Enkele Boomklevers maakte zich luid roepend en druk bewegend bekend
  • Heel anders deden de 2 Boomkruipers dit die rustig de boomstammetjes afzochten om vervolgens onderaan het volgende stammetje weer verder te gaan

Op mijn weg terug naar de auto had ik nog een overvliegende en roepende Zwarte Specht. Een vrouwtje Kleine Bonte Specht ging recht boven mij een boompje afzoeken – zie foto.

9-1-2021 Om een ‘tussenstand’ door te geven van mijn ‘Big year’: Mijn totaal staat na 9 dagen al op 142 soorten. De bijgevoegde foto is van mijn 140ste, een Pestvogel en is een van mijn mooiste foto’s ooit.

7-1-2021 Ik ben druk bezig om een begin te maken met de 300 soorten voor dit jaar. De eerste 132 zijn binnen. Maar hoe meer je er ziet hoe moeilijker het wordt om een nieuwe te vinden. Op 1 Januari had ik er meteen al 35 op één dag. Vandaag de 7e blijft het aantal nieuwe soorten op 4 steken.

Op waarnemingen.nl geven vele vogelaars door waar en welke vogels zij gespot hebben.
Ook de waarnemingen van Ad kunt u hier terugvinden.

Als u op de foto klikt komt de naam van de vogel in beeld en kunt u de afbeelding vergroten.